De molariteit wordt gebruikt om de chemische concentratie van een stof in een oplossing aan te geven. Het geeft de verhouding aan tussen de hoeveelheid stof (in Mol) en het volume van de oplossing (in liters). Het correct berekenen van molariteit vereist basiskennis van de Mol, volume en massa, en het toepassen van deze gegevens op de molariteitsformule.

Hieronder leggen we uit hoe je stapsgewijs de molariteit van een oplossing kunt berekenen. Hiervoor heb je twee dingen nodig.

• Kennis van de hoeveelheid mol van de stof die opgelost wordt: Dit verwijst naar het exacte aantal mol van de chemische stof die je in de oplossing wilt hebben. Het bepalen van het aantal mol is cruciaal omdat dit de basis vormt voor de molariteitsberekening.
  
  Als je nog niet bekend bent met hoe je het aantal Mol van een stof berekend dan kun je gebruik maken van onze Mol calculator door onderstaande link te volgen.

• Een methode om het volume van de oplossing te meten: Voor het nauwkeurig meten van het volume waarin de oplossing wordt bereid, is een instrument zoals een maatcilinder nodig. Het volume wordt meestal uitgedrukt in liters (L) of milliliters (mL), waarbij 1 liter gelijk is aan 1000 milliliters. Het correct meten van het volume zorgt ervoor dat je de molariteit precies kunt berekenen.

Het berekenen van de molariteit

Bereken het volume van je oplossing in liters. Wanneer je meet in een andere eenheid zoals milliliters of centiliters dan moet je eerst naar liters converteren. Dit kun je doen met behulp van het onderstaande:

• 1 mL = 0,001 L
• 1 cL = 0,01 L
• 1 dL = 0,1 L

Nadat je dit gedaan hebt deel je het aantal Mol door het aantal Liters oplossing dat je hebt.

Molariteit = Mol / (aantal Liters)

Je kunt ook gebruik maken van onderstaande rekenmachine om de molariteit te berekenen.

Molariteitscalculator

Handige tips

Om een oplossing met een specifieke molariteit nauwkeurig te bereiden, weeg je eerst de benodigde hoeveelheid van de stof af en doe je deze in een lege meetfles. Daarna voeg je water toe totdat het niveau precies 1 liter bereikt. Wanneer je dit namelijk in omgekeerde volgorde doet, dus begint met het afmeten van 1 liter water waaraan je vervolgens de stof toevoegt, zal het totale volume van de oplossing groter worden dan 1 liter. Dit resulteert in een lagere molariteit dan beoogd, omdat de concentratie van de stof in de oplossing nu verspreid is over een groter volume.